Club 222 nieuws
Door het oog van de naald!
In het oog van de corona-pandemie, verliest ook het in onszelf gelegen onmiskenbare:
zijn vertrouwde verschijning. Meer nog, daarin verdampen dierbare herinneringen in
een waas richting vaag verleden. Zo zal het velen vergaan als we terugdenken aan het
gedenkwaardige carnaval 2020. Een carnaval omfloerst door een heel ander oog: dat
van onstuimige weersomstandigheden.
Het stormachtige afblazen van de Lampegatse optocht, bezorgde ons Club 222`ers een
even warme als onstuimige Aftrap. We waren er nagenoeg allemaal in een ontmoeting
met welhaast iedereen tegelijk. Dat zou onafwendbaar tot een carnavalesk defilé kako-
fonie hebben geleid, ware het niet dat we daaruit werden weggeblazen door het tegen-
draadse dirigeren van Els en Elly. Waar desalniettemin het dissonante alsnog kon wellen
in het bijzonder onstuimige, zou het even onontkoombaar versmelten in een ander op-
merkelijk fenomeen. Want waar in normale omstandigheden D'n Aftrap zich kenmerkt
in een ongedurig wachten op de Prins, was onze Dorstlustige Hoogheid nu permanent in
ons midden. De pijnlijke wond van het missen van praalwagens, werd door onze Hoog-
heid op bekwame wijze overplakt met zijn persoonlijke onderscheiding.
Naar ongekende oorden
Mede gesterkt door het Prinselijk noodverband, dachten we die avond daadwerkelijk te
ontsnappen. Goed beschouwd had dat, ook in zichzelf, niet zo'n vreemde grondslag, daar
we werden meegenomen in een adembenemend programma. Het dreef ons ver weg van
storm en trilde ons los uit alle gemijmer. Toch kon dit alles niet voorkomen dat de storm-
ende elementen, ons weer in hun greep kregen! En hoe! Het gierende geraas van buiten,
blies ons vermaarde kindercarnaval in een veel kleiner jasje! Vanuit diep carnavaleske
grondslag, hebben we uiteindelijk ook deze winderige hobbels genomen. Gedragen door
een verrassend programma werden we meegenomen naar ongekend carnavaleske oorden.
Deze ware lusthof bood een singuliere uitgestrektheid, waarin het existentiele zelf: alle
ruimte kreeg voor een in zichzelf gelegen feestje! Met van buitenaf, hoe kan het anders,
het dampende Pulle Vulle als een alles verbindende schakel. Wat is er schoner dan zo,
vanuit onszelf, terug te kijken op een bewogen en enerverend carnaval?
Meer dan een voetnoot
Bij al dit carnavaleske, nog een niet te missen voetnoot. Geheel in lijn met ons litoraal,
werd dit carnaval afgesloten met haringhappen. Wat waren we met veel en wat hebben
we genoten van al het in onszelf gelegen onbeschroomde! Het ware onversaagde, waarin
alle vermoeidheid verdween als sneeuw voor de zon. Vanuit die gelaagdheid togen we,
vol plannen richting volgend carnaval, het alledaagse tegemoet.
Echter, slechts een paar weken later werd al dat stoutmoedige ingehaald door een ons
onbekend virus. Een virus wat vervolgens ons leven volledig ging beheersen. Elk stukje
vooruit, leek weggeknepen. Ook voor ons Club 222'ers, ploegde het diepe voren. Zo ver-
loren Club 222'ers mensen uit hun directe omgeving en werden anderen, nagenoeg let-
terlijk, van de buitenwereld afgesloten. En het indringende is, dat we met dit alles geen
geschiedenis schrijven. Want we zijn er nog niet vanaf! En nog steeds doet het, op heel
veel verschillende manieren, enorm veel pijn.
Lege agenda's doen verbleken
Bij dit alles doet het goed om,vanuit de donkere wolken, terug te keren naar die gedenk-
waardige woensdagavond. Terug naar het haringhappen, waarmee we ons carnaval beslo-
ten. Maar eigenlijk nog meer terug naar iets waarmee we toen huiswaarts keerden. Want
als ons bestaan vandaag de dag iets nodig heeft is het wel een vleugje van het carnavales-
ke waarmee we toen het alledaagse tegemoet traden. Het feestelijke in onszelf wat lege
agenda's doet verbleken én ons vooruit kleurt: veel verder dan anderhalve meter!